Rendang
Ingrediënten
Bereiding
- 1
Boemboe en vlees voorbereiden
10 minutenMaak eerst de boemboe of gebruik een kant-en-klare variant. Snijd daarna de sucadelappen in hapklare blokjes.
- 2
Boemboe aanfruiten
5 minutenVerwarm een braadpan op middelhoog vuur en bak de boemboe één minuut zodat de geuren vrijkomen. Voeg voor extra pit een lepel sambal toe.
- 3
Vlees dichtschroeien
5 minutenSchep de blokjes rundvlees door de boemboe en bak ze rondom bruin, zodat de kruiden goed hechten.
- 4
Stoven
180 minutenSchenk de kokosmelk en het water in de pan. Voeg laurierblad, sereh en het verkruimelde bouillonblokje toe. Breng aan de kook, zet het vuur laag en laat de rendang circa drie uur zachtjes stoven met het deksel half op de pan. Roer af en toe.
- 5
Indikken en op smaak brengen
10 minutenHaal het deksel eraf als de saus te dun is en laat verder inkoken; voeg anders een scheutje water toe. Proef en breng op smaak met zout en peper.
- 6
Serveren
5 minutenVerwijder laurier en sereh. Garneer de rendang met fijngehakte koriander en serveer met rijst, kroepoek, gebakken uitjes en boontjes.
- TIP
Gebruik vlees met wat vet en bindweefsel, zoals sukadelappen of riblappen – dat blijft sappig tijdens het lange stoven en wordt heerlijk zacht. Snijd het vlees niet te klein, anders valt het uit elkaar. Bak de boemboe eerst goed aan zodat de smaken intenser worden en laat het vlees vervolgens rustig sudderen op laag vuur – rendang heeft echt tijd nodig om op smaak te komen. Laat de sereh kneuzen met de achterkant van je mes voor meer citroenachtig aroma. Vergeet niet af en toe te roeren en proef aan het eind of je nog wat zout, peper of eventueel sambal wil toevoegen. Wil je een dikkere, geconcentreerde saus? Laat het zonder deksel indampen tot het bijna droog is – dat is traditioneel voor droge rendang. Tot slot: rendang is vaak de volgende dag nóg lekkerder, omdat de smaken dan goed zijn ingetrokken. Maak dus gerust een extra portie en bewaar wat in de koelkast of vriezer!
